Christelijke Muziek en Concertagenda

Thomas Oliemans is een omnivoor

Viool, piano en opera zingen: Thomas Oliemans kan alles

Van onze redacteur Jordi Kooiman

10-08-16

Bariton Thomas Oliemans lust de hele dag wel muziek. Zelfs als de tijds- en prestatiedruk van een carrière als solist hem soms wat veel wordt, vindt hij rust en ontspanning door iets op de piano te spelen of iets te zingen. Waarom muziek zo'n onweerstaanbare aantrekkingskracht heeft? “Het is een mysterie.”

Veel spelen en luisteren

Als kind hoefde Thomas Oliemans geen schop onder zijn billen te krijgen om zich achter zijn notenstandaard te zetten. Met veel plezier speelde hij vanaf zijn zesde viool en vanaf zijn twaalfde ook nog piano. “Het sloeg direct bij me aan. Het was niet eens een bewuste keuze, het was er gewoon.” Oliemans speelde en luisterde veel en was altijd nieuwsgierig naar nieuwe stukken. Klassiek, maar ook jazz, pop en cabaret. “Ik vind dat het verschil tussen klassieke muziek en andere soorten muziek vaak te veel benadrukt wordt. Klassieke muziek is niet ontoegankelijk. Breng kinderen er gewoon mee in contact.”

Omnivoor

Vanaf zijn vijftiende begon Oliemans ook serieus te zingen. “Omdat ik al zo veel piano en viool speelde, kon ik me makkelijk en snel nieuw repertoire eigen maken. Dus toen die hele zangwereld erbij kwam, ben ik daar als een soort omnivoor ingedoken.” Het was tijdens een muziekavond op school dat Oliemans' stem begon op te vallen. “Ik had me voor de lol opgegeven en zong zowel een lied van Mahler als 'Niemand weet hoe laat het is' van Youp van 't Hek. Eén van de ouders werkte bij het conservatorium van Utrecht en zei tegen me: ‘met die stem moet je meer doen, je zou eens toelating moeten doen’. Dat deed ik voor zowel lichte muziek als klassiek en voor beide werd ik aangenomen. Ik voelde me er als vis in het water. De hele dag kon en mocht ik zingen!”

Live te horen! Op zaterdag 17 september is Thomas Oliemans live te horen, samen met pianist Paolo Giacometti. Bestel tickets voor deze ode aan Schumann!

Mysterie

Wat muziek voor hem zo onweerstaanbaar maakt? “Dat blijft een mysterie, al zijn er bibliotheken vol geschreven over het hele harmonische systeem. Zelf denk ik dat het ermee te maken heeft dat muziek een soort overwinning op de tijd is. We hebben de tijd en het feit dat het leven voorbijgaat niet in de hand. Maar als je muziek maakt, kun je alles om je heen toch even stilzetten.”

Fischer-Dieskau

Oliemans heeft momenteel een zeer succesvolle carrière in de operawereld. Hij zong vele hoofdrollen bij De Nationale Opera, maakte als één van de weinige Nederlandse zangers zijn entree bij het prestigieuze Royal Opera House in Londen en staat ook in Frankrijk, Zwitserland en Zweden regelmatig op de planken. Te midden van die grote producties op grote tonelen vergeet hij de 'kleine' vorm van het kunstlied niet; hij geeft vaak en graag liedrecitals.

Als tiener raakte hij al gefascineerd door de liederen van Mahler en als zanger heeft hij die interesse steeds verder uitgebreid. Een grote inspiratiebron op dit gebied was voor hem de fameuze bariton Dietrich Fischer-Dieskau. Aan het begin van zijn carrière kreeg Oliemans een paar masterclasses van hem. “Ik had een bandje opgenomen en het hem toegestuurd. Een tijdje later had ik hem plotseling aan de lijn. Ik dacht eerst dat vrienden een grap met me uithaalden, maar hij was het echt zelf. Hij nodigde me uit om naar een masterclass te komen. Dat was tijdens het Strauss-festival in Garmisch-Partenkirchen.” Oliemans ontving in de jaren daarna nog een paar coachings van Fischer-Dieskau en bleef hem ook trouw nieuwe opnames sturen. “Hij stuurde me altijd een handgeschreven kaartje terug, waarop hij telkens één pedagogische opmerking maakte. Die kaartjes bewaar ik als een soort relikwieën in een map.”

Dr. Jekyll & Mr. Hide

In zijn concert in de Edesche Concertzaal richt Oliemans zich ook op het lied. Aanleiding voor het recital is zijn nieuwste cd: 'Schumann Lieder: Dr. Jekyll & Mr. Hide'. Op het album belicht hij samen met pianist Paolo Giacometti twee kanten van Robert Schumann: de florerende Schumann die onsterfelijke werken schreef als de liederencyclus 'Dichterliebe' en de Schumann die in de laatste jaren van zijn leven steeds meer geplaagd werd door depressies, angstvisioenen en hallucinaties en daardoor ook anders ging componeren. Oliemans zingt zowel 'Dichterliebe' als twee liedreeksen die Schumann een paar jaar voor zijn dood componeerde. “Die late liederen zijn door musicologen vaak in een kwaad daglicht gesteld, omdat Schumann toen in slechte doen was. Maar ik ben het daar helemaal niet mee eens. Je ziet wel in de partituren dat hij niet meer in dezelfde samenhangende toestand was als tijdens het schrijven van 'Dichterliebe', waarin alles perfect op zijn plaats staat en alles een logische vorm heeft. Maar van iedere andere componist zouden ook die late liederen als meesterwerk gezien worden.”

De twee kanten van Schumann worden vaak verbeeld aan de hand van twee pseudoniemen die de componist zelf gebruikte: de sterke, gepassioneerde Florestan en de bezonnen, fijngevoelige Eusebius. Oliemans zag daarin een parallel met Dr. Jekyll en Mr. Hide. “Het gaat over iemand die zichzelf in de hand wil houden, maar toch overmeesterd wordt door de demonen in zichzelf. Ik wil Schumann met deze titel geen stempel opdrukken, maar het is een invalshoek om naar zijn muziek te kijken en de ontwikkelingen in zijn leven terug te zien in zijn liederen. Het is een metafoor. Kijk er ook eens zo naar.”

Ruimte

En wat voegt een nieuw uitvoering van 'Dichterliebe' nog toe? “Het klopt dat er al heel veel is”, zegt Oliemans. “Ik heb zelf ook fantastische opnames van 'Dichterliebe'. En tóch denk ik dan bij het luisteren: ik zou dit stuk zo doen, ik zou dat lied zus aanpakken. Dat is niet iets competitiefs. Ik vind niet dat ik het beter kan, maar wel anders. Ik heb iets te zeggen wat er een ander licht over laat schijnen. Muziek biedt zo veel interpretatieve ruimte!”

Foto: Marco Borggreve


 Laatst gewijzigd: 10-08-16 - Geplaatst: 10-08-16